Ode aan Tonny HollandersAltijd eigen en altijd lief

Tonny Hollanders, foto uit privécollectie
Lieve Tonny,
Op 2 november 2020 kreeg ik een telefoontje van jouw geliefde B. Hij vertelde me dat je was overleden. Ik kon het in eerste instantie niet geloven. Huilend ben ik naar beneden gegaan om het Jos te vertellen. We waren er stuk van en eigenlijk ben ik dat nog altijd.
Soms kom je in je leven mensen tegen met wie je al bij de eerste ontmoeting een klik hebt en met wie op dat moment een vriendschap begint. Zo is dat met mij en jou gegaan. We zagen elkaar voor het eerst bij het Open Podium in de Openbare Bibliotheek aan het Oosterdok in Amsterdam. We kwamen naast elkaar te zitten en direct was er wat. Wat dat was? Nieuwsgierigheid naar elkaar. Wie ben jij? Jou wil ik beter leren kennen! En zo ging dat door in de bijna zeven jaar dat we elkaar spraken. Het werd een vriendschap waarbij ik altijd het gevoel had dat je me welkom heette in Amsterdam, nadat ik na 34 jaar Deventer verruilde voor deze stad.
In die jaren kwamen we veel van elkaar te weten. Ik ontdekte een vrije vrouw die haar eigen opvattingen had ontwikkeld over relaties en het leven zelf. Je was een alleenstaande vrouw die in haar eentje een kind had opgevoed. Je had een jarenlange, diepgaande relatie met een getrouwde man die niet bij je woonde. We hadden een grote openheid naar elkaar, doorspekt met humor en zachtheid. Heel dapper pakte je het leven op nadat George, jouw enige kind, veel te jong was overleden. Hoe je daarmee omging, vond ik moedig in het kwadraat. We hebben veel gepraat en veel gedeeld. Zoals je geliefde Bobby zei: ‘Tonny en jij hadden ook een soort huwelijk, dat hoorde ik als ze over jou sprak.’
Wat me opviel aan jou was hoe je er uit zag. Als textielliefhebber trof me dat direct: een vrouw die in de loop van haar leven een eigen stijl had ontwikkeld, een vrouw die niet meedeed aan trends of aan regels hoe je er als vrouw op een bepaalde leeftijd moet uitzien.
Een vrouw die heel goed wist wat ze moest aantrekken. Die er niet voor schroomde om een te dure zijden shawl te kopen omdat ze verleid werd door het dessin, maar die ook van een oude plastic banner een tas maakte en daar heel blij mee was.

Zijden shawl, foto Jan ter Heide
Zelf iets maken was een groot deel van jouw bestaan. Sieraden, daar had je veel mee. Je vertelde me dat je toen je in de jaren zestig in Londen woonde perspex sieraden ontwierp en dat die erg succesvol waren. Op de schoorsteenmantel op onze slaapkamer ligt de ring die ik ooit mocht lenen. Ik weet zeker dat je het goed vindt dat ik die heb geërfd.

Perspex ring gemaakt door Tonny Hollanders in de jaren zestig, foto Jan ter Heide
Af en toe doe ik hem even aan een vinger en zie en hoor ik je weer.
Ooit was ik in je vorige huis waar je op zolder jouw werkplek had. Daar lagen lappen stof die nog iets moesten gaan worden en er hing een kledingstuk in de maak. Je maakte ook de prachtige jasjes voor Bobby, Mister B zoals je hem vaak noemde. Daarnaast kocht je heel bewust kleding die net wat anders was. Van een vriendin kreeg je een prachtige jas van Marimekko, die je stralend liet zien.
Na je dood gingen al die lappen en restanten stof mee naar mijn huis. Veel handbedrukt stof van het Paapje en van Wim van der Doef. Ik besloot om er een sprei van te maken. Knipte repen en zette die aan elkaar tot een wonderschone lap vol kleur.

Sprei van oude lappen van Tonny gemaakt door Jan ter Heide
Toen ik hem op bed legde, hoorde ik je zeggen dat je blij was met het resultaat.
Poëzie hoorde bij jouw leven. Je las veel poëzie, schreef zelf ook gedichten; regelmatig las je die op het Open Podium van de OBA.

Tonny leest poëzie voor tijdens een Open Podium van de OBA, foto Jan ter Heide
“Ach mens, wat mis ik je en wat hou ik van je en wat vind ik het jammer dat je dit niet kunt lezen”
Ik vind dit gedicht wel toepasselijk.
Geen woorden
natuurlijk zijn er woorden als
gemis, verlies, verdriet
maar het juiste woord voor hoe het voelt
dat heb ik niet
wat er door me heengaat naast
je lege stille stoel
geen zinnen om te zeggen wat ik
werkelijk bedoel
en je zo geliefde, nooit ontbrekende
aanwezigheid
is al net zo slecht te duiden als deze
samenloze tijd
die stomme woorden ze
zijn op zoek
naar een sprakeloos
woordenboek
met een hartverscheurend
a tot z
een machteloos verlangend
alfabet
Je kwam op feesten bij ons thuis en had dan helemaal geen zin om naar huis te gaan; je genoot altijd volop. Je hoorde bij mij en bij ons, net als Bobby overigens. Altijd eigen en altijd lief.
‘Ach mens,’ zei je dan, ‘ik ben zo blij met mijn nieuwe huis.’
Dat ‘ach mens’ met die intonatie vond ik altijd zo mooi.
‘Ach mens, ik vind het zo heerlijk dat ik een reisje van de kleinkinderen naar IJsland heb gekregen.’ ‘Ach mens, ik heb het zo heerlijk met ze gehad, ze hadden alles geregeld voor me.’
Ach mens, wat mis ik je en wat hou ik van je en wat vind ik het jammer dat je dit niet kunt lezen.
Veel liefs van Jan
Over
Ode van Jan ter Heide aan Tonny Hollanders.

Tonny Hollanders
Tonny komt uit een gezin met 11 kinderen, in maart 1946 werd zij als 9e kind van haar ouders geboren. Het gezin bestond vooral uit meisjes, er waren maar 2 jongens. Zij heeft altijd veel belangstelling gehad voor taal en schrijft graag gedichten. Tonny is 2 november 2020 overleden.
Tags